GWR boekt succesje op gemeente Rijnwoude

Rijnwoude, 14 november 2008

Terwijl de gemeente Rijnwoude nog altijd bezig is met een onderzoek naar eventuele legesfraude bij de bouw van de vier grote windmolens langs de N11 bij Hazerswoude-Rijndijk, heeft de anti-windmolenpartij Geen Windmolens in Rijnwoude (GWR) een kleine overwinning geboekt op de gemeente.

De partij wil inzage in een e-mail waarin een Rijnwoudse ambtenaar tot de conclusie komt dat de gemeente niet is belazerd. De commissie voor de bezwaarschriften oordeelde gisteren dat de weigering van burgemeester en wethouders om die mail te overleggen 'onvoldoende gemotiveerd' is.

Over de bouwkosten van de vier Hazerswoudse windturbines doen ten minste drie bedragen de ronde: 3,1 miljoen, 6,1 miljoen en 13,4 miljoen euro. Het bedrag is van belang omdat de bouwleges berekend worden als percentage van de bouwkosten.

Bouwer Prodeon vulde op 7 april 2005 op de aanvraag voor de bouwvergunning onder 'aanneemsom of raming van de kosten (exclusief BTW)' in: 3.136.824 euro. Vlak voordat de vergunning bijna een jaar later wordt verleend, wordt de raming door een ambtenaar met precies 3 miljoen euro verhoogd. Dat zou zijn gebeurd na overleg met de windmolenbouwer en na een klein onderzoek naar de bouwkosten van windmolens elders in het land.

Het bedrag van 13,4 miljoen werd vorig jaar door de advocaat van de bouwer genoemd toen GWR voor de Raad van State probeerde de vergunning vernietigd te krijgen. De advocaat gebruikte het hoge bedrag om aan te geven dat afbreken van de molens een enorme strop zou betekenen.

Dit artikel is overgenomen uit het Leidsch Dagblad. Onze redactie is niet verantwoordelijk voor de inhoud.