Brandstichting in eigen huis was 'een ongelukje'

Hazerswoude-Dorp, 13 april 2007

Een 24-jarige vrouw uit Hazerswoude-Dorp zei donderdag bij de Haagse rechtbank dat zij op 11 oktober vorig jaar psychisch zo in de knel zat dat zij op het politiebureau een bekentenis van brandstichting aflegde. In werkelijk zou zij slechts met behulp van een aansteker door de brievenbus de voordeur willen openmaken. Per abuis ging toen de vitrage achter de deur in vlammen op.

Officier van justitie Van de Kallen geloofde niets van het verhaal van het 'ongelukje'. Volgens haar had de vrouw met borderline-problematiek met opzet een aansteker bij de vitrage gehouden omdat ze boos was op haar vriend. De officier noemde het een geluk dat de brand met een sisser afliep. De vriend van de vrouw kon de smeulende resten van de vitrage op de vloer uittrappen. De vrouw werd ingerekend en verbleef 44 dagen lang in voorarrest.

De officier wilde de vrouw niet terugsturen naar de gevangenis. Zij eiste een celstraf die gelijk is aan het voorarrest plus een voorwaardelijke straf van 56 dagen.

Dit artikel is overgenomen uit het Leidsch Dagblad. Onze redactie is niet verantwoordelijk voor de inhoud.